112Bollenstreek

KNRM Katwijk en Scheveningen varen uit voor een vinvis.

20 Aug 2014 om 15:30

Op woensdag 20 augustus, omstreeks 15.30 uur, alarmeerde het Kustwachtcentrum in Den Helder het KNRM station van Katwijk aan zee. Kort daarvoor had de bemanning van een Schevenings vissersschip een grote dode walvisachtige gesignaleerd in de Noordzee.

Het zoogdier dreef in een positie welke mogelijk een gevaar was voor de scheepvaart. De Kustwacht alarmeerde daarop de bemanning van reddingboot De Redder om de situatie op te nemen. Ter plaatse bleek dat de vermoedelijke vinvis van ongeveer 15 meter oostelijk was afgedreven. Hij dreef op dat moment voor de monding van de Scheveningse haven.

Door het Kustwachtcentrum is overleg gepleegd met Rijkswaterstaat en andere deskundigen. Ter plaatse is er door de KNRM bemanning een strop belegd om de staart van de vinvis. Door de grote van deze staart was dit nog een langdurige klus en geen pretje voor de mannen in zee die dat moesten doen.

Omdat de vinvis hinderlijk voor de havenmonding lag is deze in afwachting van een beslissing een stuk noordelijk gesleept. Na een klein uurtje was het besluit van Rijkswaterstaat dat de vinvis noordelijk van Scheveningen buiten de bebouwing moest stranden. Uiteindelijk heeft dit plaats gevonden voorbij de meest noordelijke strandtent.

Met de reddingboten De Redder, Beluga en Kitty Roosmale Nepveu (laatste twee uit Scheveningen) is de vinvis met de jets van de reddingboten nog wat verder het strand opgeblazen. Vervolgens is in samenwerking met de Beluga en twee opstappers van De Redder weer een strop om de staart gelegd en deze vast gemaakt aan de lier van het Kusthulpverleningsvoertuig (KHV) uit Scheveningen. Deze heeft de vinvis zo strak mogelijk tegen het strand gehouden tot de door Rijkswaterstaat bestelde shovels dit van hem hebben overnamen. Rijkswaterstaat organiseerde daarna de verdere berging van de vinvis.

Voor het ontleden kwamen er een dag na de stranding medewerkers van museum Naturalis uit Leiden en de Diergeneeskunde van de universiteit van Utrecht. Door de KHV's van Katwijk en Scheveningen zijn alle medewerkers met hun spullen vanaf de Boulevard over het strand naar de vinvis gereden.

Daar werd het zoogdier ontleed. Het stierf een plotselinge dood. Het dier overleed waarschijnlijk door een botsing, concludeert de faculteit Diergeneeskunde van de universiteit van Utrecht na onderzoek van het beest. De maag en darmen van de bijna 17-meter lange vinvis waren vol en dat duidt niet op een lang ziekteproces. Achter de ribben van het beest vonden pathologen wel enkele verbrijzelde ruggewervels, wat er op zou kunnen wijzen dat de vinvis het slachtoffer is geworden van een aanvaring.
Een precieze doodsoorzaak is nog niet te noemen. Steven van der Mije van museum Naturalis in Leiden, die de leiding over de ontleding donderdag had, noemt ook een aanval van een orka of een botsing met een kade als mogelijke verklaring.

Ongeluk
'Een ongeluk is in ieder geval het meest waarschijnlijk', aldus Mije. 'Het dier was ook vrij jong.'
Naturalis wil onder meer weten wat de walvis at, hoe hij leefde en waaraan het dier precies overleed. Daarna wordt het dier in kleine stukjes gesneden en weggevoerd. Het vlees van de walvis wordt vernietigd, de botten gaan naar Naturalis. Het weefsel wordt verder onderzocht in Utrecht.

Tekst : KNRM